Warme wijn

spreeuwen wolken de lucht

 

ramen hoeken zichtbaar

kruisspinnende webben

 

pluiswuivend koninginnenkruid

balanceert op een zuchtje van

vaarwel

 

vroege vogels

zingen hun laatste lied

dromend van

indian summers

 

paddestoelvochtige geuren

en zwaluwvrije luchtwegen

 

egelloze paden

het kan verkeren

 

gazonstille zaterdagen

in  een tanend zomeruur

 

regen druppelt  tijd aaneen

met kouder rodende neuzen

en  tintelfrisse ochtendvingers

 

muggen horren zich

slaapzoemend

een weg naar binnen

en kondigen aan

 

een klapper van

een sei-zoen

 

mijn gelaat glimlacht

een warme wijn wacht